Op bezoek in Portugal: Etfor
Voor Kindermode bezochten we negen kindermodespecialisten van groot tot klein in het noorden van Portugal, de meeste binnen 50km van de luchthaven van Porto, om ze het hemd van het lijf te vragen over hun onderneming, hun achtergrond, hun productie en hun duurzaamheidsprestaties. De ondernemingen die we de revue laten passeren zijn de private label-fabrikanten Polopiqué en Crispim Abreu, en de merkenfabrikanten Madicor (Pureté en private label), Hall & Cia (Laranjinha en SNUG), Inarbel (Dr. Kid en A&J), Longratex (Patachou), A. Ferreira & Filhos (Wedoble en Homania, maar ook private labels) en piupiuchick (piupiuchick). Voor allemaal geldt dat ze in hun vakgebied zeer succesvol zijn, maar nog niet altijd even bekend in Nederland. In deze aflevering: Etfor.
Ana Queirós, Head of Sustainability Etfor:
‘Duurzaamheid is in elke bedrijfsbeslissing geïntegreerd’
Etfor heeft een decennialange ervaring en garandeert een productie ‘100% made in Portugal’, vertelt Head of Sustainability Ana Queirós. “We hebben onze eigen fabriek en we werken daarnaast samen met lokale leveranciers die bijdragen aan de verschillende stappen in ons productieproces. We hebben bovendien een eigen team van ontwerpers onder leiding van onze creative director. Alle productiestappen worden door ons gecontroleerd en daarom kunnen we flexibiliteit en een grote responscapaciteit bieden. Daarnaast geeft de geavanceerde technologie waarover we beschikken ons de mogelijkheid om oplossingen te vinden in het ontwikkelingsproces en daarbij de klant te ondersteunen (zoals voorstellen doen op het gebied van grondstoffen, modellering en afwerking). Het feit dat we een familiebedrijf zijn, stelt ons in staat om snel in te spelen op vragen uit de markt, aangezien de communicatie tussen alle partijen hierdoor eenvoudiger is.”
Internationale klanten
Etfor -Empresa Têxtil S.A.- werd in 1988 opgericht door Lúcia Lages en haar man Artur Correia. Toen de zoons ook in het bedrijf kwamen, breidde het portfolio van internationale klanten zich snel uit, vertelt Ana Queirós. “Etfor ontwikkelt kleding waarbij duurzaamheid in elke bedrijfsbeslissing is geïntegreerd en we zijn altijd gericht op het creëren van een positieve impact. We investeren voortdurend in design, creativiteit en procesinnovatie om in te kunnen spelen op de marktbehoeften. Qua structuur hebben we de volgende afdelingen: Ontwerp, Modellering, Productbeheer, Snijden, Naaien, Kwaliteitscontrole, Verpakking & Afwerking en Logistiek. We beschouwen onszelf als een middelgrote onderneming en hebben 112 medewerkers in dienst. Kindermode is één onderdeel van onze bedrijfsvoering, daarnaast zijn wij gespecialiseerd in de productie van mannen- en vrouwenmode. We hebben ons eigen kindermerk Play Up voor kinderen van 0 maanden tot 14 jaar, maar we produceren ook voor private labels.”
Play Up
Play Up wordt verkocht in ongeveer 800 multibrand-winkels over de hele wereld. “Voor Play Up hebben we een uniek concept, waarbij we ons altijd baseren op onze belangrijkste inspiratiebronnen: de natuur en een bewuste levensstijl die is afgestemd op ‘slow making’. Bovendien gaan we voor elke collectie die we lanceren partnerschappen aan met Portugese kunstenaars. Hun werk beïnvloedt het creatieve proces van elke collectie volledig.”
Het unieke van onze kleding zit hem in het gebruik van geavanceerde technologie voor de producten, legt Ana Queirós uit. “Circulaire economie is daarbij ons belangrijkste uitgangspunt, dus we geven de voorkeur aan het gebruik van biologische en gerecyclede grondstoffen en een gecertificeerde productie volgens de belangrijkste internationale normen.”
Grondige actualisering
Als het gaat om duurzaamheid is Ana Queirós zeer duidelijk: “De textielindustrie maakt momenteel een grondige actualisering door, waarbij milieu- en sociale zorgen de transitie naar schonere en transparantere processen domineren. Duurzaamheid is daarom een van onze belangrijkste principes in elke fase van ons productieproces. In het bijzonder zetten we ons sterk in voor hernieuwbare energie, investeren we in het gebruik van duurzamere grondstoffen en processen en werken we eraan om ons afval te minimaliseren. De meeste partners en leveranciers bevinden zich bovendien in de buurt, wat ons in staat stelt de transportemissies te verminderen. Onze focus ligt op circulariteit van de industrie, dus ons textielafval gaat naar een verwerkingsstation en wordt hergebruikt in nieuwe industriële circuits of weer omgezet in garen. Om een grote CO2-uitstoot en overexploitatie van nieuwe grondstoffen te voorkomen, is transformatie of recycling dan ook altijd onze eerste optie. Als het gaat om het sociale aspect, zorgen we ervoor dat de productieketen goed de fairtrade richtlijnen volgt. Dat we enkele van de belangrijkste internationale certificeringen voor de textielindustrie hebben (GOTS, GRS, RCS, Fairtrade, SMETA) garandeert dat we voldoen aan de milieu-, sociale, gezondheids- en veiligheidsnormen.”
Veranderen
“Wij vinden bovendien dat de manier waarop kinderkleding wordt geproduceerd en geconsumeerd moet veranderen”, vervolgt ze. “Kinderkleding moet ontworpen zijn om lang mee te gaan en niet om weggegooid te worden als het niet meer past. Dit impliceert een investering voor kledingmerken: ze zullen circulaire ontwerpstrategieën en duurzame kwaliteitsmaterialen en -processen moeten toepassen. Maar het vereist ook een mentaliteitsverandering bij de consument. Om duurzaam te zijn, moet de mode-industrie wel steeds meer circulair worden, producten moeten zo lang mogelijk worden gebruikt, van generatie op generatie overgaan, tweedehands worden verkocht, etc… En zodra artikelen niet meer kunnen voldoen aan hun primaire functie, moeten ze worden omgezet in nieuwe recources voor hergebruik.” Dat heeft spannende gevolgen, want in dit stadium krijgen kledingmerken dus een extra verantwoordelijkheid, namelijk om het product dat ze hebben gemaakt terug te halen en naar de meest geschikte transformatiecyclus te sturen, legt Queirós uit.
Toenemende vraag
“Als producent merken we absoluut dat de vraag naar duurzaam geproduceerde kinderkleding toeneemt. We zien dat sommige merken nu hun eerste stappen zetten op dit pad, maar er zijn er ook al volop met een goed gestructureerd businessmodel dat volledig gericht is op het verminderen van hun impact. Dit komt vooral tot uiting in de vraag naar schonere grondstoffen, zoals natuurlijke en gerecyclede vezels, maar ook in de vraag naar textielcertificeringen. Deze merken hechten veel belang aan de sociale criteria die door hun ketenpartners worden gehanteerd, zoals eerlijke lonen, redelijke werkuren of veilige werkomstandigheden. Wij realiseren ons steeds meer dat merken zich inzetten om hun ecologische voetafdruk en sociale verantwoordelijkheid op een transparante manier te communiceren en we vinden het dan ook prettig om samen te werken en mee te helpen bouwen aan een duurzame bedrijfsaanpak.”
Kennis bijwerken
“Bij Etfor wordt er de komende jaren naar gestreefd om voortdurend de marktkennis bij te werken om aan te sluiten bij de eisen van de klant. Daarom willen we aanvullende, wereldwijd erkende certificeringen verkrijgen in ons streven naar een nog duurzamere productie. In onze toekomstplannen willen we beslist ook de CO2-uitstoot blijven bestrijden door doordachte investeringen in elektrische auto’s en samenwerking met lokale leveranciers. Daarnaast is het onze prioriteit om ons textiel-, plastic- en papierafval te minimaliseren. We denken dat alle maatregelen die we van plan zijn te nemen waarde zullen toevoegen aan ons bedrijf, waardoor we concurrerender worden en beter in lijn zijn met de SDG’s (Sustainable Development Goals). Dat zorgt voor inclusieve en duurzame economische groei en werkgelegenheid voor onze werknemers. We zijn dan ook van mening dat het onze portefeuille zal verbreden en ons tot een referentiebedrijf in de textielsector zal maken.”
